Veel studenten bestijgen de treden van het internet als ware het de tempel van het Orakel van Delphi zelve en accepteren het eerste de beste antwoord. Dat leidt onverbiddelijk tot een onvoldoende voor hun dossier, scriptie, of rapport. De oorzaak is het gebruik van niet-originele bronnen en het minder vaardig zijn in het verzamelen van informatie dan gevorderden. Tips om dat te voorkomen zijn een mindmap en een zoekstrategie te volgen.
Schofferen van de lezer
Veel studenten hebben een ronduit belabberd bronnengebruik. Ze maken geen gebruik van een gedegen zoekstrategie, hanteren de verkeerde bronnen en zijn niet in staat de waarde van hun bron te beoordelen. Sommige studenten halen zelfs een online encyclopedie aan in hun literatuurstudie, of de Van Dale, om een wetenschappelijk begrip te duiden. Daarmee schofferen ze de lezer met het wekken van de indruk dat de lezer dom is en dat Van Dale moet (bijvoorbeeld) ‘communicatie’ uitleggen aan de lezer.
Studenten halen een (willekeurige) website van internet aan als bron voor hun betoog. Wellicht zonder zich daarvan bewust te zijn maken ze daarmee een paar fouten; ik wil er vooralsnog niet aan denken dat ze deze fout bewust maken.
- Ten eerste hanteren ze niet de originele bron, immers, hoe komt die website aan die informatie?
- Ten tweede laten ze daarmee zien dat ze niet ‘information literate’ zijn, niet vaardig zijn in het verzamelen van gegevens en die kennelijk niet op hun waarde kunnen schatten.
Niet-originele bron
Om in te zien waarom het verstandig is de ‘originele bron’ te hanteren, eerste even de uitleg omtrent de soorten gegevens, ontleent aan Verhoeven (2014), maar zie ook bijvoorbeeld Velde, Jansen & Dikkers (2018):
- Primaire publicaties: het onderwerp is voor het eerste behandeld.
- Secundaire publicaties: geen nieuw onderwerp, maar literatuur dat door andere auteurs over al behandelde onderwerpen rapporteren.
- Tertiaire publicaties: dit zijn publicaties met zoeksleutels of zoekinstrumenten over eerder verschenen publicaties (‘current content-publicaties’).
Aldus maken de door studenten aangehaalde websites en internetpagina’s op zijn best gebruik van bestaande publicaties. Echter dat geschiedt vaak niet, zoals bij het onderstaande voorbeeld in kader 1 waarbij klanttevredenheid is gedefinieerd, zonder dat duidelijk is gemaakt waar die definitie op gestoeld is.
Kader 1. Onduidelijke bron van ‘klanttevredenheid’.
“Volgens Customeyes.nl is klanttevredenheid de mate waarin klanten de dienstverleningen of het product van jouw organisatie positief beoordelen.”
Customeyes. (2020, 16 september). Klanttevredenheid definitie. https://www.customeyes.nl/kennis/klanttevredenheid-definitie/
Bovenstaande tekst is van een student.
De site die door de student in kader 1 is aangehaald blijkt van een marktonderzoekbureau te zijn. De wetenschappelijke inzichten waarop dat bureau zich baseert zijn niet te vinden. Dat maakt deze bron beslist ongeschikt in een theoretisch kader of welke andere wetenschappelijke discours dan ook. Nog even los van de foutieve APA-stijl.
Niet ‘information literate’
Brand-Gruwel, Wopereis & Vermetten (2005) beschrijven omstandig dat beginners minder vaardig zijn in het verzamelen van informatie dan gevorderden; dat ligt aan de tijd en aandacht die zij eraan besteden. Veel studenten bestijgen de treden van het internet als ware het de tempel van het Orakel van Delphi zelve en accepteren het eerste de beste antwoord. Een voorbeeld daarvan is kader 2.
Kader 2. Onduidelijke bron van ‘verandering’.
“In feite hangt het allemaal af van waarom de verandering plaatsvindt en de geschiedenis van de verandering. De ontslagronde verschilt van “we gaan verlengen”. Maar zelfs deze ronde van ontslagen kan, mits correct aangepakt, op begrip onder de arbeiders rekenen (Vavia, 2018).”
Vavia. (2018, 28 november). Hoe krijg ik ze mee, omgaan met weerstand bij verandering. https://www.vavia.nl/verandermanagement/hoe-krijg-ik-ze-mee-weerstand-en-betrokkenheid
Bovenstaande tekst is van een student.
De site die door de student in kader 2 is aangehaald blijkt van een ‘bureau voor veranderingen’ te zijn. De wetenschappelijke inzichten waarop dat bureau zich baseert zijn niet te vinden. Dat maakt deze bron beslist ongeschikt in een theoretisch kader of welke andere wetenschappelijke discours dan ook. Nog even los van de foutieve APA-stijl.
Gevolgen
De stukken, de dossiers, rapporten, scripties, die de beoordelaar onder ogen krijgt zijn vaak snel op basis van de literatuurlijst al te beoordelen. Als er geen ‘fatsoenlijke’ (lees: wetenschappelijke) bron opgenomen is, leidt dit voor de student doorgaans onverbiddelijk tot een onvoldoende.
‘Information literate behaviour’
Veel auteurs onderschrijven het (grote) belang van goed literatuuronderzoek, goed bronnengebruik. Naast de al eerder hier aangehaalde bronnen, zie verder onder meer Boeije & Bleijenbergh (2019), Baarda, Bakker, Fischer, Julsing, Goede, Peters, & Velden (2013), Swanborn (2013), Grit & Julsing (2015).
Tips voor beter bronnengebruik
In dit schrijven zijn al een aantal handvatten aangehaald om het bronnengebruik te verbeteren.
- Hanteer een mindmap om je denken en tekst te structureren, zie Heur & Kolen (2019).
- Hanteer een zoekstrategie, een zoekplan. Elke vorm of hulpmiddel om gestructureerd te zoeken is goed, het laat namelijk zien welke beslissingen je hebt genomen (=zoektermen) en welke bronnen je hebt geraadpleegd (=wetenschappelijke databases). Zie bijvoorbeeld Brand-Gruwel & Wopereis (2011).
- Overleg met je docent of collega(-student) over de kwaliteit van je keuzes.
Literatuur
Baarda, D.B., Bakker, E., Fischer, T., Julsing, Goede, M.P.M. de Peters, V. & Velden, T. van der (2013). Basisboek kwalitatief onderzoek. Handleiding voor het opzetten en uitvoeren van kwalitatief onderzoek. Groningen/Houten: Noordhoff
Boeije, H. & Bleijenbergh, I. (2019). Analyseren in kwalitatief onderzoek. Denken en doen. Amsterdam: Boom uitgevers
Brand-Gruwel, S. & Wopereis, I (2011). Het doen van literatuuronderzoek. Geraadpleegd via https://www.researchgate.net/publication/254905843_Het_doen_van_literatuuronderzoek
Brand-Gruwel, S., Wopereis, I. & Vermetten, Y. (2005). Information problem solving by experts and novices: analysis of a complex cognitive skill. Computers in Human Behavior, Volume 21, Issue 3. Science Direct, Elsevier B.V.
Grit, R. & Julsing, M. (2015). How to do research. Groningen/Houten: Noordhoff uitgevers
Heur, A. van & Kolen, B. (2019). Tekstzinnig. Kritisch denken, zoeken en schrijven in het hbo. Bussum: Uitgeverij Coutinho
Swanborn, P.G. (2013). Case studies: wat, wanneer, hoe? Den Haag: Boom Lemma
Velde, M. van der, Jansen, P. & Dikkers, J. (2018). Praktijkgericht onderzoek. Opzetten, uitvoeren, analyseren en rapporteren. Hilversum: Concept Uitgeefgroep
Verhoeven, N. (2014). Wat is onderzoek. Praktijkboek methoden en technieken voor het hoger onderwijs. Den Haag: Boom Lemma